Abstract:
Bureau voor Archeologie heeft een bureauonderzoek uitgevoerd voor bouwwerkzaamheden aan de Populierenlaan te Hattem. De vraagstelling van het onderzoek luidt: hoe kan rekening gehouden worden met eventuele archeologische waarden bij de voorgenomen ontwikkeling? Het onderzoek is uitgevoerd in overeenstemming met de richtlijnen van de KNA, protocol 4002. In het kader van het onderzoek zijn kaarten, databases en literatuur geraadpleegd om te komen tot een gespecificeerde archeologische verwachting van het gebied. De beoogde ingreep bestaat uit de (...)
Bureau voor Archeologie heeft een bureauonderzoek uitgevoerd voor bouwwerkzaamheden aan de Populierenlaan te Hattem. De vraagstelling van het onderzoek luidt: hoe kan rekening gehouden worden met eventuele archeologische waarden bij de voorgenomen ontwikkeling? Het onderzoek is uitgevoerd in overeenstemming met de richtlijnen van de KNA, protocol 4002. In het kader van het onderzoek zijn kaarten, databases en literatuur geraadpleegd om te komen tot een gespecificeerde archeologische verwachting van het gebied. De beoogde ingreep bestaat uit de sloop van alle opstallen en vervolgens de bouw van woningen en aanleg van waterpartijen. Nadere gegevens over de aard van de ingreep (omvang en diepte) zijn nog niet bekend. Het plangebied ligt op de overgang van de noordrand van de Veluwe en het IJsseldal. De top van het pleistocene oppervlak ligt vermoedelijk in het zuidwesten aan het oppervlak, en duikt weg richting het noordoosten. In het zuidwesten bevinden zich tot de 20 e eeuw humeuze podzolgronden. In het noordoosten heeft zich in het Holoceen veen gevormd, dat later is afgedekt door fluviatiele afzettingen (komafzettingen, overslagafzettingen). Het plangebied ligt buiten bekende historische bewoningskernen en ontginningslinten. Op historische kaarten staat geen bebouwing afgebeeld. In de 20 e eeuw is het gebied bebouwd. Op basis van de landschappelijke ligging kunnen aanwezig zijn: A) Archeologische resten gerelateerd aan bewoning in de pleistocene zandgronden uit de hoofdperiodes: jagers, verzamelaars en eerste boeren, en (vroege en late) landbouwsamenlevingen, en B) Archeologische resten gerelateerd aan agrarisch gebruik van veengronden, in het kader van beweiding en ontwatering, hoofdperiode Late Landbouwsamenlevingen, thema’s infrastructuur en economie. Niveau A ligt in de top van het Pleistoceen, eventueel onder een dun antropogeen dek. Dit niveau bevindt zich in het zuidwesten vrijwel aan het maaiveld, en duikt weg richting het IJsseldal waar het door veen is afgedekt. Niveau B ligt in de top van de oorspronkelijke veenbodem. Dit niveau ontbreekt mogelijk in het zuidwesten. In de rest van het plangebied ligt het (oorspronkelijk) overal aan het maaiveld. Bij de herontwikkeling vinden bodemingrepen plaats tot circa 90 centimeter diep. Deze werkzaamheden vinden grotendeels plaats in reeds geroerde grond. Bureau voor Archeologie adviseert voor deze werkzaamheden het plangebied vrij te geven. Als de ingrepen dieper gaan, worden mogelijk archeologische resten vergraven. In dat geval wordt aanbevolen een verkennend booronderzoek uit te voeren met een dichtheid van vijf boringen per hectare om de aard van de bodemopbouw nader te bepalen en de archeologische verwachting nader te specificeren. Dit onderzoek is met grote zorgvuldigheid uitgevoerd. Het is echter nooit uit te sluiten dat toch archeologische resten worden aangetroffen bij de graafwerkzaamheden. Eventuele archeologische resten is men verplicht te melden bij de Minister van OCW in overeenstemming met de Erfgoedwet uit 2015. In dit geval wordt aangeraden om contact op te nemen met de gemeente Hattem. (Read More)
We have placed cookies on your device to help make this website and the services we offer better. By using this site, you agree to the use of cookies. Learn more